Je weet altijd welke rit je wil rijden, maar dan reken je soms buiten de waard. Nu wordt het in de nacht regen, overdag windkracht 4 tot 5 Beaufort, temperatuur 10 tot 13 graden. Vroeg in bed onrust, dromerig, zal ik wel, zal ik niet… Maar ja, ik wist dat het niet goed zou aflopen als ik thuis bleef. Ik had mijn zinnen gezet op T25, via Bentwoud, Stompwijk, Wassenaar… Ik hoefde niet verder te lezen, daar moet ik zijn, daar draai je de duinen in om bij Meijendel koffie te drinken, ja ja…

De koers in mijn Garmin geladen, een shirt met merinovoering en windbreker jack lagen al klaar. Een beetje fris op weg naar Van Noord, maar al in Waddinxveen brak de zon stap voor stap door, heerlijk. Dat dacht ik, maar zo heerlijk was het niet om steeds weer gepasseerd te worden en zo de hele groep voor je te zien verdwijnen. Ik kon dan hulp krijgen en even uit de wind zitten, maar dat ben je snel kwijt op smalle wegen of kruisingen. Na ploeteren en hulp waar wenselijk werd later de wind door bebouwing gebroken om tenslotte rugwind te gaan heten.

Ik raakte in de war, hoe gaat de tocht? We reden richting De Wassenaarse Slag en kozen Katwijk. Komt Meijendel nu wel of niet? In mijn hoofd duizelde het, de droombeelden speelden niet zonder reden op. Mijn hartslag sloeg op hol: Meijendel versus verouderen. Bij het ouder worden gaat het wat trager, de snelheid wordt lager en klimmen is nooit meer in een percentage van twee cijfers. Ik voel dat ik in de rode zone terecht ben gekomen. Nieuwe clubleden zijn niet bekend met het fenomeen ‘Meijendel-afscheid’. Dat wil je niet meemaken, noch als slachtoffer, noch als toeschouwer. In mijn droom overkwam het drie Vlekkers voor mij. In een toespraak vol lof over lange tochten, prestaties, functies in de club en meer mooie momenten, zal er een tijd van afscheid komen. Het is opletten in het verkeer en vaak lukt het bij de groep blijven niet.

Ik droom verder. ’Leo, we zien dat het moeilijker wordt, je slaat vaker ritten over, terwijl je soms verdienstelijk voor de club bent geweest. We hebben een fantastische oplossing, we geven je deze medaille, want we vulden alvast in het kilometerklassement in dat je de veertigduizend kilometer behaalde. En we weten dat je als vrijwilliger met een duo-fiets rijdt, zo blijf je fit.’
Dat wilde ik niet meemaken, vluchtte, maar het zand gleed onder mijn voeten weg en ik voelde me als een vlieg in de stroop. Ik werd wakker, kwam tot besef dat ik zou fietsen, de droom vervaagde.

Vooraf zag ik niet dat de rit heel anders was uitgezet, koffie kwam pas in De Kaag. Onderhand reed ik gemakkelijker, zonder zorgen, de rit werd steeds veel mooier, plezieriger. Aan de koffietafel kwam ter sprake wat ieder voor werk heeft of had. Je onthoudt het soms omdat je er affiniteit mee hebt, of het staat ver af van je kennis.
Na de koffie ligt de snelheid op 40-45, bijna jammer dat we via een brug naar Alphen gaan, maar de route is mooi en bevat een voor mij onbekend stuk. Maar nee, dat zat ook in de vorige keren hoor ik. Is dat erg? Nee, zo blijft fietsen leuk. Het was een lastige start, maar ik zorgde dat de snelheid van T25 niet is overschreden, misschien vond niemand dat erg.
Leo Wartenbergh
Reactie plaatsen
Reacties
Haha, geniaal geschreven. Meijendel heeft een slechte naam gekregen! Maar jij hoort daar nog lang niet hoor!
Ik stel voor een volgende keer wel naar Meijendel te fietsen maar daar NIET te pauzeren. Zo wordt de nachtmerrie bestreden...